
Overzicht november 2018 | Ontworteld Palestina
De maand november 2018 laat weer een lange lijst aan mensenrechtenschendingen zien. Staat van Beleg wist er 731 te registreren en nog 157 rapporten. Deze maand schrijven we over een ontworteld Palestina.
In deze tijd van het jaar zijn mensen over de hele wereld bezig met de voorbereidingen voor het kerstfeest. Mensen reizen van stad naar stad, van land naar land zonder zich te realiseren hoe bevoorrecht ze zijn. Families komen bij elkaar en kunnen hun feest vieren op de plaatsen waar ze willen zijn. Ze kunnen hun geboorteplaatsen of de plaatsen waar ze hebben gewoond bezoeken, plaatsen waarmee ze zich verbonden voelen en waar ze zich veilig voelen. Steden, dorpen, wegen, parken en huizen die er nog steeds zijn en die maken dat ze hun jeugd levendig kunnen herinneren.
Maar hoe staat het met de Palestijnse mensen? Die Christelijke familie uit de Gazastrook bijvoorbeeld? Kunnen zij Jeruzalem, Bethlehem of Nazareth bezoeken, de plaatsen waar hun voorouders leefden en waar nog steeds een aantal van hun familieleden wonen? Misschien in hele zeldzame gevallen na maanden proberen de benodigde toestemming te krijgen en met de juiste contacten. Helaas zullen echter de meeste Christenen in de Gazastrook nooit een glimp van de kerstboom in Bethlehem te zien krijgen en de meeste moslims uit de Gazastrook zullen nooit de kans krijgen in al-Aqsa te bidden gedurende de Islamitische feestdagen. De meeste Palestijnen kunnen hun familileden zowel niet binnen als buiten bezet Palestina bezoeken en de meeste van hun familieleden kunnen hen niet bezoeken. Nog niet te spreken over de Palestijnse vluchtelingen die vechten om te overleven in afgelegen gebieden of overvolle vluchtelingenkampen buiten de bezette Palestijnse gebieden.
Palestijnen leven hun levens in onzekerheid. Wanneer we mensen naar de wekelijkse ‘Great March of Return’ zien gaan en we realiseren ons wat er over is van de Westelijke Jordaanoever en de huidige status van een verwoeste Gazastrook dan moeten we ons serieus afvragen waar Palestijnen naar kunnen terugkeren dat nog Palestina genoemd kan worden. De Israëlische restricties op het vrije verkeer, de lopende zaak van het Recht op Terugkeer, het lot van de Palestijnse vluchtelingen en verdreven Palestijnen en tegelijkertijd het stelen en versnipperen van Palestijns land zijn allemaal onderdeel van een Israëlisch masterplan om Palestina in een utopia te veranderen. We zullen wat ingrediënten onthullen van dit duivelse masterplan.
Restricties op bewegingsvrijheid
De Gazastrook
We kunnen ons nauwelijks een voorstelling maken van wat het betekent om opgesloten te zijn in je eigen land en om niet binnen of buiten dat gebied te kunnen reizen. In Palestina is het een harde realiteit. Dit gezamenlijke rapport van B’Tselem en Center for the Defence of the Individual (HaMoked) uit 2014 brengt de de diverse procedures in beeld die opgelegd worden aan Palestijnse families waarvan sommige van hun familieleden in de Gazastrook wonen, van families die verdeeld over de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever wonen of tussen de Gazastrook en Israël.
Onder de Oslo akkoorden zagen de twee partijen de Westelijke Jordaanoever en de Gazastook als één territoriaal gebied waarvan de integriteit zou worden behouden gedurende de interimperiode. Om dit te verwezenlijken legden de akkoorden regelingen op om een veilige passage via twee routes in werking te stellen die de noordelijke en zuidelijke Westerlijke Jordaanoever in verbinding zouden brengen met de Gazastrook. Slechts de zuidelijke doorgang werd pas na een aantal jaren geopend en was minder dan een jaar operationeel, van oktober 1999 tot september 2000, toen de tweede Intifada begon. Ondanks dat dit standpunt nooit officieel herroepen is heeft Israël haar beleid gewijzigd en beschouwt de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook nu als twee gescheiden en verschillende gebieden.
Het Israëlische officiële huidige standpunt is dat partners van Palestijnen uit de Gazastrook of partners van Palestijnen woonachtig in de Westelijke Jordaanoever van Israëlische burgers of ingezetenen niet toegestaan worden Israëlisch gebied binnen te komen, zelfs niet met de bedoeling om slechts de Westelijke Jordaanoever te bereiken. Het uitgangspunt is dat de staat de bevoegdheid en beoordelingsvrijheid heeft om te bepalen wie toegang heeft tot haar gebied en dat buitenlandse nationaliteiten geen legaal recht hebben om het Israëlische soevereine gebied binnen te komen. Los van de argumentatie van de staat en soevereiniteit noemt Israël veiligheidszaken als rechtvaardiging om inwoners van de Gazastrook collectief toegang te weigeren tot haar gebied. De expliciete onderbouwing is dat al het verkeer tussen de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever een veiligheidsrisico met zich meebrengt, zelfs wanneer de persoon die om toestemming vraagt geen gevaar vormt. Volgens dit argument zou de staat Israël en haar inwoners duidelijk gevaar lopen wanneer ze inwoners van de Gazastrook toestemming zou verlenen vrij te kunnen bewegen in deze gebieden, en zelfs nog sterker in het geval wanneer inwoners van de Gazastrook door Israëlisch gebied zouden reizen. Op deze basis is het huidige Israëlische standpunt dat toegang van inwoners uit de Gazastrook tot Israël inclusief met het doel de Westelijke Jordaanoever te bereiken beperkt tot uitzonderlijke humanitaire gevallen, met name urgente medische gevallen. Omdat de Gazastrook geen operationele luchthaven en haven meer heeft gaat al het reisverkeer binnen en buiten de Gazastrook via Israël. De grens met Egypte is zelden open en de inwoners uit de Gazastrook hebben toelatingsvergunningen nodig die erg prijzig zijn waarvan de aanvraag maanden kan kosten. Voor veel mensen is toelating tot Egypte niet haalbaar, zelfs niet voor de medische gevallen.
De bezette Westelijke Jordaanoever
Volgens B’Tselem, waren er aan het einde van januari 2017 98 checkpoints in de Westelijke Jordaanoever waarvan 59 permanente checkpoints, inclusief de checkpoints in Gebied H2 in Hebron waar zich Israëlische nederzettingen bevinden. 62 van de interne checkpoints zijn permanent bemand. Permanente checkpoints vormen de meest ernstige restricties op bewegingsvrijheid van Palestijnen die onderworpen worden aan controles die vaak lange vertragingen veroorzaken. Meerdere checkpoints zijn volledig of tenminste gedeeltelijk geprivatiseerd en hebben privé beveiligingsbedrijven die gewapende civiele bewakers inzetten onder toezicht van het ministerie van Defensie. Ter aanvulling wordt het verkeer van Palestijnen op wegen binnen de Westelijke Jordaanoever gecontroleerd door checkpoints die werken op ad hoc basis op plaatsen zonder bestaande infrastructuur, bekend onder de naam ‘flying’ checkpoints.
The United Nations Office for the Coordination of Humanitarian Affairs (OCHA) heeft recentelijk een uitgebreid ‘closure survey’ afgerond waarin 705 permanente obstakels binnen de Westelijke Jordaanoever worden genoemd die Palestijns autoverkeer en in sommige gevallen voetgangersverkeer belemmeren of controleren.
Schermopname van een video over de omstandigheden binnen Checkpoint 300, nabij Bethlehem, oktober 2018. (Hadashot news)
Weggevaagde dorpen, niet erkende dorpen en versnippering van Palestijns land
Tussen 1948 en 1952 werden circa 615 Palestijnse dorpen en steden weggevaagd of ontvolkt. Sommige plaatsen werden totaal vernietigd en werden onbewoonbaar achtergelaten en anderen werden achtergelaten met een paar honderd inwoners en werden opnieuw bevolkt door Joodse immigranten waarna de plaatsen werden hernoemd. De-Colonizer, een Israëlische NGO, heeft een kaart gemaakt die Palestijnse, Joodse en Syrische vernietigde plaatsen laat zien sinds het begin van de Zionistische migratie (einde 19e eeuw).
64 Palestijnse locaties in het zuiden en het noorden van het land, inclusief Umm el-Hiran, worden nog steeds niet erkend door Israël. Hierdoor verschijnen ze nergens op officiële kaarten, ontberen ze fundamentele infrastructuur en voorzieningen en velen worden gedreigd met sloop.
Het Israëlische nederzettingenbeleid is zo geconstrueerd om zoveel mogelijk Palestijns land te versnipperen als mogelijk is. Met kleine stukjes land die over de hele Westelijke Jordaanoever zijn verspreid wordt het oprichten van een Palestijnse staat onmogelijk gemaakt. De versnippering door middel van nieuwe Israëlische illegale nederzetttingen en wegen zijn tevens onderdeel van het uitwissen van de Palestijnse identiteit. In de afbeelding hieronder van Oceans of Injustice kunt u zien hoe de Westelijke Jordaanoever verandert in een collectie van versnipperde enclaves.
Het lot van Palestijnse vluchtelingen, ontheemde Palestijnen en hun Recht op Terugkeer.
Na de Nakba in 1948 hebben de Verenigde Naties vluchtelingenkampen en humaitaire hulp opgezet voor de vluchtelingen. Zo kwam de United Nations Relief and Works Agency for Palestine Refugees (UNRWA) tot stand.
Vandaag de dag zijn er wereldwijd circa 7.54 miljoen Palestijnse vluchtelingen plus nog eens 720,000 intern ontheemde mensen. Bijna 5.3 miljoen vluchtelingen zijn geregistreerd bij de ‘United Nations Relief and Works Agency for Palestine Refugees’ (UNRWA) en 1.5 miljoen verblijven in 58 vluchtelingenkampen in Libanon, Jordanië, Syrië en de bezette Palestijnse gebieden (De Gazastrook, de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem). Palestijnse vluchtelingen, die onder dwang zijn verdreven door de oorlogen in 1948 en 1967, zijn hun VN-machtiging voor hun Recht op Terugkeer ontnomen en staan voor aanzienlijke uitdagingen met betrekking tot het volledig kunnen profiteren van hun rechten.
Binnen de bezette gebieden zien we veel ontheemde Palestijnen of Palestijnen die te maken hebben met dreigende uitzetting. Te denken aan de families van ‘the Jahalin Bedouin tribe‘ in Oost-Jeruzalem, die zijn verdreven om de Israëlische nederzettingen met elkaar te verbinden in het “E1” gebied. Denk aan de ‘Arab Triangle’ binnen Israël, wiens steden overbevolkt zijn vanwege de snelwegen en strategische Joodse steden die uitbreiding tegengaan. Denk aan ‘the South Hebron Hills‘, waar Palestijnse dorpsbewoners zijn verdreven om plaats te maken voor militaire zones. En denk aan ‘the Naqab’ (Negev), waar bedoeïenen worden gedwongen te vertrekken om plaats te maken voor nieuwe Joodse gemeenschappen en waar bossen worden aangelegd over de ruïnes van hun dorpen. Duizenden mensen, inwoners van Palestijnse gemeenschappen gesitueerd in Gebied C van de Westelijke Jordaanoever, – worden geconfronteerd met dreigende uitzetting door de Israëlische autoriteiten onder diverse voorwendselen.
Het komt erop neer dat het overgrote deel van deze miljoenen Palestijnse vluchtelingen wacht om terug te kunnen keren naar hun geboortesteden en dorpen. Ontworteld, hun levens gestagneerd en vaak verstoken van bescherming en kans op werk. Soms zijn de gevaren zo ernstig dat vluchtelingen wederom moeten vluchten zoals we zagen in het geval van de Palestijnen uit het vluchtelingenkamp Yarmouk in Syrië. Meer dan 350 Palestijnse families leven thans in het Jandairis district in het noordelijke landelijke gebied Afrin in Syrië met een totaal van 1,500 Palestijnen. De meesten van hen zijn afkomstig uit het vluchtelingenkamp Yarmouk, ten zuiden van Damascus. Sinds de oprichting van het kamp in Afrin is er een ernstig tekort aan basiszorg zoals voedsel, water, kleding en behuizing.
Wat er nog van Palestina over zal blijven het Recht op Terugkeer is het enige houvast voor Palestijnen, hun identiteit en voor velen het enige doel in hun leven.
Concluderend
Alles wat we hebben genoemd zijn de ingrediënten van een zorgvuldig overwogen masterplan. Palestijnen worden beziggehouden met een reeks aan restricties en ontberingen en de bezetter maakt goed gebruik van deze gestolen tijd met de voortzetting van het uitwissen van Palestijns land, Palestijnse levens en Palestijns erfgoed. De volgende koptekst vat het opmerkelijk goed samen: “Palestinian Killed by Gaza Rocket in Israel Had Nowhere to Run, Neighbors Say”. Mahmoud Abu Asba, 48, was een bouwvakker die in Ashkelon woonde met een speciale vergunning. Hij kwam uit Hebron en in de weekends bezocht hij zijn familie. Zijn buren zeiden dat zijn gebouw geen schuilkelders had. Vijftien jaar in dienst van Israël, huizen bouwen voor zijn bezetter en dan wonen in een huis dat geen schuilkelder heeft… Gedood door een raket uit de Gazastrook, waar zijn mensen vechten voor het Recht op Terugkeer en voor hun vrijheid, over het hoofd gezien door reddingswerkers. Abu Asba kon geen veilige plek vinden en dat geldt voor alle Palestijnen binnen of buiten bezet Palestina, verstoken van hun veiligheid en hun wortels.
No Comment